
Afrika:
In Afrika komt kinderarbeid naar verhouding het meest voor. Een op de drie kinderen in Afrika werkt. Meestal op het land of in de huishouding. Deze vorm van kinderarbeid is niet zo zichtbaar. Daardoor kunnen regeringen gewoon ontkennen dat er geen kinderarbeid voorkomt in hun land. In totaal telt Afrika zo’n 80 tot 90 miljoen werkende kinderen.
Azië:
In Azië ligt het percentage kinderen dat moet werken lager dan in Afrika. Maar omdat in Azië het grootste deel van de wereldbevolking woont, betekent dit dat hier de helft van alle kinderarbeid op de hele wereld voorkomt. Van dat aantal wonen er zo’n 50 miljoen in India. Ook is er veel kinderarbeid in landen als Bangladesh en Pakistan. Deze kinderen werken vaak in de tapijtindustrie.
Latijns-Amerika:
Ook regeringen van landen uit Latijns-Amerika ontkennen vaak dat er kinderarbeid is of zeggen dat het veel minder ernstig is dan in werkelijkheid het geval is. Volgens schattingen van organisaties van de Verenigde Naties werkt 1 op de 6 kinderen, in totaal zo’n 15 miljoen kinderen. Deze kinderen werken vaak in de huishouding, op het land of in de straatverkoop. mijnbouw, landbouw en prostitutie. In Peru is 20% van de arbeiders in de goudmijnen tussen de 11 en 18 jaar.
Verenigde Staten:
Je verwacht niet dat er in de Verenigde Staten kinderarbeid voorkomt, maar toch zijn er maar liefst 250.000 kinderen die jonger dan 12 jaar in de landbouw werken. Meestal zijn dit kinderen van arme immigranten, vaak uit Latijns Amerika, die zich legaal of illegaal in de Verenigde Staten gevestigd hebben.
Europa:
In Europa komt kinderarbeid voor in Griekenland, Portugal, Italië en Spanje. In Italië werken kinderen in ateliers waar merkkleding wordt gemaakt, ook voor Nederland. Maar ook werken kinderen in cafés, winkels en garages.
Het communisme is na1989 in Oost-Europa verdwenen maar dat heeft niet de welvaart gebracht waarop de meeste mensen hoopten. Alle nieuwe regeringen kampen met grote tekorten en bezuinigen op zaken als onderwijs en kinderopvang. Veel families voelen zich gedwongen om hun kinderen uit werken te sturen. Het aantal kindarbeiders groeit in dit deel van de wereld sterk. In Roemenië, Hongarije, Wit-Rusland en Slowakije komt kinderarbeid veel voor in de vorm van prostitutie en mijnbouw.
Tijdens de oorlog tussen Irak en Iran in de jaren tachtig dwong Iran kinderen om door mijnenvelden te lopen. Zo konden de mijnen worden opgespoord. Dat hierbij duizenden kinderen werden verminkt of gedood, was voor de machthebbers in Iran niet belangrijk.